Nummerbordcombinaties zijn ’n bron van inspiratie, altijd goed voor een spelletje of als je belt naar de garage: ‘Mijn kenteken is niet zeiken oude zeurdoos.’ Ja, ja, ik gebruik ‘m echt. Iedere keer vragen ze: ‘Wat zegt u?’ Als ik in de auto zit, kan ik het niet laten, woorden maken van de nummerborden. Ik ga voor namen, bekende (mede)landers, collega’s. Erg leuk is natuurlijk die van jezelf. Bij de KNLTB was mijn afgekorte naam GKS. De G is duidelijk, de K van m’n achternaam en de S is de laatste letter van die naam. Collega schrijvers heetten daar ERS, Ellen de Roos en NHT voor Natalie van der Horst. Nog steeds handig als we samen aan onze boeken werken voor de actielijstjes enzo. Een vriendin heeft een hele mooie: Dolce & Gabana, Rolf & Viktor. Het klopt niet helemaal, leuk is-tie wel. Maar goed, mijn doddekopjes en ik zitten in de auto vanaf A’dam. PJK wordt pijnlijke jeuk kriebel, RZP is rare zieke panter, KTV – heel makkelijk kleuren televisie en GHK is voorspelbaar: Gaby en Harold Kuijpers. Bleven eerst de vieze woorden beperkt tot poep en plas, nu komt ook de piemel al om de hoek kijken. Grappig! Opeens hoor ik van rechts ‘Leipe shit ouwe!’ Wat? Verbaasd kijk ik m’n jongste aan. ‘Wat zeg je?’ ‘Leipe shit ouwe,’ komt er in de herhaling, ‘Ja, dat stond daar in van die gespoten letters op de muur.’ ‘Ooo, gelukkig!’ zeg ik terwijl ik relaxt terug zak in mijn autostoel, het komt niet van een nummerbordcombi. Net op het moment dat ik wil gaan vertellen dat dat niet zo’n nette woorden zijn vraagt ze: ‘Maar Gaab, wat betekent dat dan?’ Ach, mijn meisje…
Geplaatst op: Thursday, August 30th, 2012